
’s Morgens doen we rustig aan, nog even genieten van de lekkere plek. De paarden zijn niet meer te zien, maar de kippen rennen alweer rond. Halverwege de ochtend beginnen we aan de klim naar de hoofdweg. Het is 11 kilometer op onverharde weg. Nu we omhoog rijden lijkt het nog ruiger dan een paar dagen geleden naar beneden.
De bus houdt het prima; vaak in de eerste versnelling, maar we gaan gestaag omhoog en de motor blijft koel. Onderweg komen we een oude pickup tegen, die gesleept wordt door een ook niet al te nieuwe vrachtwagen. Weer op de geasfalteerde weg gaat het iets sneller. Maar niet veel, want het is hier behoorlijk mistig. Tricky, want er zijn veel gevaarlijke bochten en onverwachte gaten in de weg. Rustig aan, we hebben tijd. In Cobán parkeren we en lunchen we in de foodcourt; chinees voor de verandering. Nog een paar boodschappen en dan gaan we weer verder. Af en aan regent het, het is een grijze dag. Al met al rijden we 128 kilometer in 4 uur. Bij Hacienda Rio Escondido overnachten we weer. We waren hier eerder en het is een prima plek. Gerhard spant een zeil, zodat we met de zijdeur open kunnen zitten in de regen (de luifel is immers stuk). Voor het eerst sinds tijden zetten we een kopje thee. ’s Avonds komt de serveerster vragen of we komen eten. Maar nee, we hebben vanmiddag al warm gegeten. We eten een boterham, zetten een muziekje op en lezen lekker. Joggingbroeken aan, want het is hier best fris. Gezellig in de bus.
{flickr photo=27471714986}
Regen onderweg naar Coban