
Voor ons doen slapen we uit, omdat er geen zonlicht in onze hut komt. Met Emy lopen we naar een leuk ontbijttentje, dat van een Nederlandse blijkt te zijn. Ze is hier al 12 jaar. En ze maakt zelf yoghurt, echte zure, zonder suiker. Lekker. Terug bij het hotel gaan we lekker relaxen; wat internetten, beetje kletsen en lezen in de hangmat op de steiger.
De meiden regelen verse kokosnoten voor ons vieren. Met een ladder worden ze uit de palm gehaald. ’s Middags gaan we met z’n tweeën fietsen, langs de rand van het eiland. Hier staan veel huizen en er wordt nog volop gebouwd. Het pad wordt steeds modderiger en staat verderop blank wegens vloed. Dus we draaien om en rijden weer naar het centrum, via het vliegveld, dat bestaat uit een asfaltstrook. Geen hek eromheen, dus goed uitkijken met de fiets voor vliegtuigjes. Op het eiland rijden geen auto’s alleen golfkarretjes en fietsen, met hier en daar een vrachtwagen voor de bouw of bevoorrading. Zelfs de politie rijdt in een golfkar met blauwe lichten. En iedereen loopt op slippers of blote voeten. Het motto is hier: no shirt, no shoes, no problem.
We halen wat drankjes bij de supermarkt en gaan nog maar weer wat relaxen in de tuin van het hotel. ’s Avonds gaan we met Emy en Sandra eten aan het strand. Er staan een paar picknicktafels en de dikke vader van het gezin zit op een stoel voor de barbeque, met z’n looprek voor zich. Hij spreekt toeristen aan en vertelt wat er op het menu staat. Even denken, zeggen we en hup we krijgen korting van ma. Rum-punch is inclusief en er wordt flink doorgeschonken. Gezellig. Weer bij het hotel zitten de Amerikaanse Dan en Brian bij hun hut. Emy vraagt of ze wat willen spelen op de gitaar. Zo staan we op de binnenplaats te zingen, terwijl Dan, Brian en Emy om beurten de gitaar pakken. The Island Life …
{flickr photo=26959687665}{flickr photo=26959694365}
Onze hut – Tentje aan het strand, BBQ door pa met looprek. En lekker!