
De mist hangt prachtig in het dal. We starten langzaam op en genieten van het uitzicht. Daarna gaan we rijden. De piramides zijn te zien vanaf de weg terug naar Ocosingo. Was ons op de heenweg niet opgevallen; we zijn dan zo bezig te zoeken naar de camping, dat je een tempelcomplex van een meter of 70 hoog zomaar over het hoofd kunt zien.
In Ocosingo proberen we op de navigatie een supermarkt te vinden. Helaas heeft de navi het wel eens mis. Dus rijden we de stad weer uit zonder boodschappen, door de bergen. Net als we denken dat we de “tol” aan deze kant van de stad ontlopen hebben (de Zapatista rebellen zijn zeker vrij vandaag) worden we staande gehouden in een dorp. Weer met spijkerplank voor de bus. Deze keer geen rebellen met zakdoek voor hun gezicht, maar dorpelingen met een baseball petje op. Het bedrag dat ze vragen liegt er niet om: 500 pesos. Het is niet duidelijk waarom (geen doel waarvoor ze strijden). Het lijkt dat dit de bron van inkomsten is hier. Beroep: chanteur. Ze stellen dat we niet door mogen en anders maar 4 uur omrijden door de bergen. Lekker dan. Dus zet Gerhard de motor uit. Dan kan de vrachtwagen van de andere kant er niet goed door. Maakt geen indruk, al met al moeten we toch een paar meter naar achteren. Andere auto’s geven een handje kleingeld, maar voor ons geldt de gringo-prijs. We bieden andere bedragen en slijmen (jullie land is zo mooi). Al met al wordt het 200 pesos (10 euro) en mogen we door. En hoewel het geen wereldbedrag is voel je je toch genomen. Cultuurverschilletje.
Niet veel verder zijn we bij Agua Azul. Hier zijn prachtig turquoise watervallen. Veel bustochten gaan hier naartoe, dus er zijn veel toeristen en dus veel restaurantjes. We nemen een verse jus. Dan is het tijd voor een duik, want het is hier weer bloedheet. Het water is flink koud, maar je frist er heerlijk van op. De gevaarlijke stukken met veel stroming zijn met een touw afgezet en er is zelfs een badmeester. Mooie plek. ’s Middags zitten we in de schaduw achter de bus en lezen we wat. Lesley is een beetje slapjes, misschien door de warmte of door iets dat we gegeten hebben. Later gaan we nog wat eten bij een tentje. Allemaal hetzelfde aanbod tegen dezelfde prijs, dus het maakt niet uit waar je gaat zitten. Hier zijn opvallend veel kinderen die iets willen verkopen (bananen, koeken, chips). Teiltje met koopwaar op hun hoofd, zielig snoetje erbij. En ze zijn aanhoudend, praten zelfs een paar woordjes Frans (die komen hier blijkbaar veel, en alle gringo’s lijken op elkaar). En ze zitten niet op school. De jongen van het restaurant is waarschijnlijk ook niet veel naar school geweest. Hij maakt de rekening en moet het door zijn moeder laten checken (die dat weer met haar mobiel narekent). Drie bedragen, samen 80 pesos. Sneu. Terug bij de bus ontmoeten we 2 Waalse meiden die reizen met een oude Californische auto. Ze zijn blij eens andere toeristen te zien en willen graag kletsen. Waarschijnlijk ontmoeten ze die nooit, omdat ze nog nooit op een camping gestaan hebben, terwijl ze al 4 maanden in Mexico zijn. Stoer. Gerhard klust met piepschuim koelbox een airco, want die is hier wel nodig. Heet, niet normaal. Als we gaan slapen is het 29 graden in de bus. Tropentraining.