
We pakken ’s morgens de tent in, nadat we ‘m eerst laten drogen. Als het goed is hebben we die voorlopig niet nodig. We rijden weer terug naar Corner Brook. Eenmaal daar gaan we maar weer maar Tim Hortons voor koffie en internet. Voor lunch rijden we naar het Captain Cook monument op een heuvel met uitzicht op de stad.
Na de lunch bellen we verwachtingsvol met de garage. Helaas blijkt de dieseltank er niet te zijn; fout van de partij in St John’s. Dat is balen. De mensen van de garage balen er ook van; ze hadden nog gezegd dat wij “a family from far away” zijn. Maar je schiet er niks mee op; de dieseltank is 700 km verderop. Dat wordt dus nog een nacht in de tent. We proberen nog een gasflesje te scoren voor de primus. Mensen zijn erg aardig en verwijzen ons steeds naar een andere winkel. Maar de conclusie is dat primus niet zo gangbaar is. Op de camping waar we eerder zijn geweest checken we in. Nog maar een wasje draaien, want van kamperen in een tent lijk je viezer te worden dan in een bus. Laat in de middag rijden we weer naar de stad. Snel een broodje en dan naar de film Vacation. Erg flauw, maar wel lachen. Een lekkende dieseltank is niks bijzonders, vergeleken met wat men in de film op vakantie doormaakt. Terug bij de tent lezen we nog wat. Het lijkt nog even of het luchtbed lek is, maar na bij pompen is dat gelukkig niet het geval. We hebben Corner Brook nu wel gezien, inclusief alle Tim Hortons en McDonalds vestigingen. De dieseltank zal er morgen toch wel zijn?