Vanmorgen regent het een beetje. Er staat weer diesel in het bakje. We zijn inmiddels aardig handig in het vervangen van dieselpleisters. Al vroeg gaan we op zoek naar een garage. Gisteren hebben we, vlak voordat ons internet uitviel, een aantal adressen van garages opgezocht. 

We zoeken een permanente oplossing, dus niet weer plakken. En dat mag best een paar dagen duren, als het maar wordt opgelost. De garage op het eerste adres blijkt failliet, bij de tweede krijgen we 2 andere adressen. Bij de derde krijgen we weer een nieuw adres met een straatnaam.  Eerst maar even koffie bij McDonalds om te internetten; die straatnaam hadden we met dat Newfy accent maar half verstaan, dus dat moeten we opzoeken. Daarna gewapend met meerdere adressen weer de weg op. Maar nu is de eerste raak; een truckgarage. De eigenaar loop mee naar buiten, kijkt onder de bus en heeft een oplossing. De tank kan gedipt worden in rubber; dat doen ze ook met echte trucktanks. Een bedrijf in St John’s doet dat, dus de tank moet eraf, verstuurd worden (zo’n 700 km), gedipt en dan weer terug en eronder geplaatst worden. Dat duurt wel een dag of wat, maar we doen het. Hier een nieuwe dieseltank krijgen blijkt moeilijk. We zeggen steeds al dat het any tank mag zijn (met per se Mercedes), als het maar past, maar dat blijkt niet te kunnen. Dus moeten we een paar dagen afscheid nemen van de bus. We rijden naar het visitor center om te checken waar we een auto kunnen huren; we willen wel mobiel blijven, want dagenlang in deze industriestad rondhangen lijkt ons niks. Al snel hebben we een Kia Soul. Op het parkeerterrein pakken we spullen in voor de komende dagen. We gaan verder kamperen met de tent, dus moeten naast kleren ook de slaapzakken, stoeltjes en kookspullen mee. En de koelkast moet leeg, want de stroom moet van de bus. Nog even snel lunchen in ons huisje en dan rijden we achter elkaar aan naar de garage, waar we de bus achterlaten.

In Corner Brook is gelukkig een Walmart, dus hebben we zo een tent en luchtbed gekocht. Vandaag rijden we niet zo ver, een uurtje naar Blow-Me-Down Provincial Park (verbastering van Blomidon). De route gaat langs een zee-arm door de bergen, maar er hangt lage bewolking en het regent. O, o, niet ideaal voor kamperen met een tent. Maar als we er zijn is het droog. Daar zetten we de tent op, best nog een groot ding. En het luchtbed heeft een pomp op batterijen, lekker luxe. Om 5 uur hebben we de boel staan, tijd voor wijn. Koken doen we op het primus-setje dat we al hadden als backup, voor als de gasfles leeg is. Zo snel mogelijk moet de bederfelijke waar op, want in de koeltas blijft het natuurlijk niet lang koud. Na het eten doen we een poging tot internetten bij de receptie, maar dat is heel erg traag. Terug naar de tent dan maar. Opeens zijn we ontzettend moe van al dat geregel, dus liggen we vroeg in bed, beetje lezen. Nu maar hopen dat de tank ook echt gemaakt kan worden.

{flickr photo=20363275660}

Van bus naar Kia Soul