Gisteravond heeft het flink geregend, dus de camping is nogal modderig. We pakken de boel in en rijden weg uit lovely New York. Omdat we de laatste dagen geen internet hadden (bij de camping lukte inloggen niet en onze eigen kaart was op), stoppen we eerst langs de snelweg bij een soort truckers restaurant met verschillende outlets onder 1 dak, waaronder Starbucks.

We werken alles bij en zoeken eem camping voor vanavond op. Als we verder rijden is het opvallend snel landelijk, zo vlak bij NYC. We rijden door een heuvelachtig landschap en het is broeierig warm. We lunchen op een lege carpoolplaats (het is immers zondag). Na de middag zijn we bij West Point, de militaire academy. We hebben nog even tijd om snel een blik in het museum werpen en gaan dan mee met de tour. Heel officieel allemaal, bij het kopen van de tickets worden de paspoortnummers opgeschreven en bij de gate komt er een bewaker de bus in en moet je je paspoort ophouden. Bij verschillende punten stappen we uit en we krijgen weer een overload aan informatie. Het uitzicht over de Hudson is geweldig, maar laat zich lastig op de foto vastleggen. Na de tour bekijken we nog een film en het visitor center. Hele mooie plek en erg leuk.

Met drie kwartier rijden zijn we in Hopewell Junction, waar een camping zit. Beetje vreemde tent; geen bord bij de weg, bij de receptie moet je bellen zodat er iemand komt en over de prijs kun je nog onderhandelen (cash, zonder bon). De plek is lekker ruim onder de bomen en verderop is een meertje. We zien geen andere doorreis-campers, alleen vaste plekken, hier en daar bezet. We draaien nog even een wasje en zitten heerlijk buiten. Na het eten ziet Gerhard in de schemer een wasbeertje in een boom. Daarna even muggen ontwijken, totdat het echt donker is en de muggen weg zijn. Het is inmiddels een stuk koeler. Nu maken we een plan voor de komende dagen. NYC was geweldig, maar de rust in de natuur is ook weer heerlijk.