Al vroeg staan we op, snel een kopje thee, om vroeg in Pula te zijn. Nog voor de drommen toeristen zich melden, lopen we samen door de immense overblijfselen van het Romeinse amphitheaer. Indrukwekkend groot en bijzonder dat op dezelfde tribune 2000 jaar geleden ook mensen zaten. We lopen vervolgens naar het centrale plein en ontbijten op een terrasje. Inmiddels verschijnen de eerste toertjes. We pakken onze bus naar Rt Kamenjak, een natuurgebied op een schiereiland. Er zijn veel fietsers, maar wij gaan met de bus. Langzaam volgen we de rotsachtige weg naar het uitkijkpunt. Het is helder en we kunnen ver kijken. Ook zijn er veel badgasten die op de rotsen zonnen of wat drinken bij een bar (het rots-equivalent van een strandtent). Wij zoeken een rustig plekje waar we alleen staan en zetten de stoeltjes buiten voor de lunch. Op de terugweg probeert Gerhard nog even of de bus het redt om tegen steile rotsen omhoog te rijden; geen probleem.

In 1,5 uur rijden we naar Piran in Slovenië; een plaatsje aan het hele kleine stukje kust dat het land rijk is. De camping bestaat uit een groot terrein met vaste plaatsen en een miniveldje voor tijdelijke gasten, zoals wij. Net als we aankomen is er ook een Oostenrijkse voorloper van onze bus; een 406 van 43 jaar oud. Dan zijn wij met 20 jaar maar een jonkie. Nadat we even wat gedronken hebben bij de bus lopen we via het pad langs de zee in een kwartier naar Piran. We beklimmen weer de toren voor geweldig uizicht over het oude stadje. Op het centrale plein speelt de fanfare. We pakken een drankje op een terrasje aan zee, waarna we buiten uitgebreid vis eten met een heerlijk Sloveens wijntje erbij. Heerlijk allemaal. Voor de terugweg zijn we alleen de zaklamp vergeten, maar als onze ogen aan het donker gewend zijn lukt het prima op het smalle pad langs de zee. Beter dan het zwalkende stel voor ons (vinden wij). Nu zitten we buiten in het donker op een bankje bij de receptie van de camping te internetten. Zo weer terug naar de bus en nog een kopje thee zetten. Leuk om in Slovenië te zijn geweest, mooi land.