{mosmap width=’1px’|height=’1px’}We lagen gisteren net in bed, horen we een enorm kabaal. Bleek dat een jakhals de vuilniszak uit een dichte vuilnisbak had getrokken. Om 5 uur gaat de wekker. We pakken in het donker alles in, want om te rijden moet de daktent natuurlijk ingeklapt zijn. Bij het benzinestation kopen we nog een kopje koffie om op pad te gaan; het is 11 graden, dus best fris voordat de zon er is. Net op de hoofdweg staan we al voor de poort, als derde auto.
Helemaal niet gezien gisteren dat we bijna naast de poort slapen; hadden we een half uurtje langer kunnen blijven liggen. Hoewel het ideaal was zo vooraan te staan. Om iets over 6 uur ging het hek open, net voor sunrise. We rijden over de geasfalteerde weg en zien al snel de rode zandduinen verschijnen, die prachtig worden aangelicht door de opkomende zon. Geweldig mooi gezicht. Bij Dune 45 zetten we de auto neer en klimmen we de 150 meter hoge duin op. Op de scherpe rand is een pad van voetstappen ontstaan, want we zijn niet alleen. Maar het is wel ontzettend mooi om van die hoogte de duinen te zien. En nu het nog goed te doen, hoewel de zon al aardig opwarmt. We rijden weer verder naar het eind van de verharde weg, waar alleen 4×4 auto’s mogen komen. In low gear rijdt Gerhard als een ware woestijncoureur onze auto door het mulle zand. Het hobbelt flink en is best spannend, want voor je het weet zit je vast. Maar het gaat prima. Aan het eind van het pad parkeren we, waarna we naar Dead Vlei lopen. Het is hier heel druk, want er gaan ook shuttles naartoe, voor mensen die geen 4×4 hebben. Na een stuk door het zand lopen, verschijnt een vallei met witte rotsen en dode bomen, die afsteken teken de rode duinen. Weer mooi. Ondertussen drinken we ons te pletter aan water in de hitte. Weer terug met de auto door de zandbank, waarna we weer parkeren en nog maar eens een duin opklimmen. We lopen door naar Hidden Vlei. Op het heetst van de dag begint niemand daaraan, wij lopen er met nog 3 toeristen. De enorme wandeling wordt ruimschoots beloond met een nog veel grotere vallei met bomen, nu vrijwel alleen voor ons zelf. Het is zo groot dat het niet op de foto past. Het is hier zo stil, dus heerlijk een tijd staan kijken. Wat een bizar landschap. Terug bij de auto blijken de meeste toeristen het gebied te hebben verlaten. Bij de ingang lunchen we laat, lekker buiten in de schaduw op een terras; hamburgers hebben we wel verdiend met zo’n 12 km door zand en duinen in de benen.
Vanmiddag doen we rustig aan; even afkoelen bij het zwembad, dat haast te koud is. We lezen in de schaduw en zitten aan de borrel. Straks eten we nog even een boterham en gaan vroeg naar bed, want we zijn stuk. Nog wel even een plan maken voor morgen, want we weten nog niet waar we naartoe gaan. Heerlijke dag.