We hebben vandaag een lui dagje. We hobbelen om half 10 over de dirt road terug naar de snelweg. Het leek erop dat we onze achterdeur gemaakt hadden met nu in totaal 4 stukjes ductape. Maar helaas, later was de deur toch weer uit het slot; dan proberen we morgen weer wat anders. We zijn de enige radiozender kwijt, dus zetten we ons eigen muziekje op. Halverwege even een stopje langs de snelweg. Hoe dichter bij Port Hedland, hoe drukker het wordt met road trains, want deze stad leeft van de mijnbouw, vooral ijzererts. Alles ziet dan ook roestbruin hier. In het stadje lunchen we met uitzicht op grote schepen. Het visitor centre is dicht in het weekend, maar alles wat we willen weten staat buiten aangeplakt. Uiteraard ook vandaag de gebruikelijke shoppingroute (boodschappen en tanken).
We gaan naar de camping buiten het plaatsje. Daar spotten we 2 busjes, die we eerder hebben gezien, Het is een sport geworden te raden waar we die mensen eerder zagen. Op het strand is het hier ook eb, dus lopen we een rondje. Het zand is hier niet wit, zoals gisteren, maar geel/oranje. Terug op de camping zwemmen en lezen. Het is hier overdag nog wel warm, maar aan de kust koelt het ’s avonds wel af. Lekker, want dan kunnen we beter slapen. Gisteren voor het eerst een dekentje gepakt. Na het eten lopen we nog naar het strand, waar een uitkijkpunt gemaakt is voor de Staircase to the Moon. We pakken ‘m nog maar een keertje mee, want dit is alleen te zien van mei t/m oktober, bij volle maan en eb. Mazzel dat we hier net zijn. Deze derde keer is het weer mooi; sta je zomaar een uurtje naar de maan te staren.