Gisteravond lagen we net in bed, roken we opeens een zwavellucht (= rotte eieren). Wij zoeken met zaklamp wat dat kan zijn; eten of een pad (cane toad), die men in WA als plaag ziet. Na wat speurwerk blijkt het de tweede accu te zijn, waar de koelkast en andere electra op draait. Stekker eruit gehaald, waarmee we op de camping laden. Na wat luchten was het acceptabel. Wel met de hoofden aan de andere kant geslapen en met alle deuren open (koude voeten voor Gerhard). Qua temperatuur kan dat prima; ’s nachts is het 27 graden. Lekker fris vergeleken met overdag.
Vroeg er weer uit, want de zon is hier vroeg op. Toch maar een internetkaartje gekocht op de camping, want onze eigen provider doet het hier niet. Eenmaal op pad eerst naar Mirima National Park. Een klein park met rotspartijen in de vorm van een bijenkorf. Ze noemen het hier mini Bungle Bungle; de maxi-variant is een nationaal park waar je alleen met een 4WD in kan, dus dat doen we niet. Bovendien is dat park gesloten wegens een bosbrand. De mini variant is ook erg mooi en bekijken we met een korte hike van een uur. We eten nog een appel (smaakt naar warme appelmoes, zo heet) en gooien de tank weer vol. Daarna rijden we een kleine 400 km naar het zuid-westen via de Great Northern Highway. Weer een rustige weg, hier en daar een tegenligger. Om de 10 km staat er een bordje hoe ver nog naar de volgende plaats en daardoor voelt het alsof de tijd heel snel gaat. Onderweg zien we weer een ruig landschap; een dingo steekt over, langs de weg wilde paarden en hele magere koeien.
Halverwege bij Warmun zetten we de bus in de schaduw voor de lunch. In de middag checken we in bij een basic (= kale) camping in Halls Creek. Eerst weer zwemmen om op te frissen. Dan lezen bij de camper. We testen nog even wat variabelen om te kijken of we de accu kunnen maken, maar die stinkt nog steeds. Zodra we de magnetron niet meer nodig hebben gooien we de stroom eraf. Nu zitten we weer te luchten. Morgen gaan we de verhuurmaatschappij bellen, want dit is niet ideaal. Dat wordt nog een nachtje met de voeten buiten de boord slapen.