Na het ontbijt vanmorgen de stad in om Temple Square te bekijken. In het visitor center vroegen we of we een toertje konden doen. De twee jonge dames die daar stonden wilden ons wel rondleiden. Beiden met naambordje Sister + achternaam, 1 uit de USA en 1 uit Australië, vrijwilligers (18 maanden van huis, zelf betalen en 1x per week emailen naar huis). Bij een enorm beeld werd een Nederlandstalige voice-over aangezet. Aan de overkant van de straat het convention center bezocht, waar een theaterzaal voor 21.000 mensen is, met een megagroot orgel. Op het dakterras prachtig uitzicht over de stad. Daarna nog een aantal andere gebouwen bezocht en ondertussen werd er veel verteld over het Mormoonse geloof. Je kon van alles vragen, hoewel er soms een wat ontwijkend antwoord kwam. Aan het eind (na 1,5 uur) nog 2 folders in het Nederlands mee. Was erg interessant.

Vervolgens een uurtje besteed in de Family History Library. Een enorm archief voor stamboom-onderzoek; stamboom Fransdonk niet kunnen uitbreiden, maar wel wat gedigitaliseerde documenten kunnen opslaan. Altijd leuk om te neuzen in archieven.

’s Middags naar de Kennecott’s Bingham Canyon Copper Mine, een zogenaamde open-pit kopermijn. Wat een mega-gat is hier gegraven, enorme trucks (zo groot als een huis) lijken piepklein op de bodem. De grootste “man-made excavation on earth” (Amerikanen drukken liefst alles uit in de overtreffende trap) en zou vanuit de ruimte te zien zijn. Erg indrukwekkend.

Stukje gereden en voor een starbucks in Park City gestopt, waar je vanaf de weg de ski-schans van de Olympische Spelen van 2002 kunt zien. We overnachten in een motel in Heber City, waar we hebben gegeten, nadat we boodschappen hebben gedaan. Morgen rijden we weer een stukje verder.