We staan vroeg op om alle campeerspullen in te pakken. Hoewel het fris is ontbijten we buiten, aan een picknicktafel. De laatste crackers gaan op. Tijdens het tandenpoetsen raken we aan de praat met een Nederlandse vrouw; zij hebben hun eigen camper laten verschepen.
Wij willen natuurlijk weten hoe dat in z’n werk gaat. De potten pindakaas en Nutella geven we aan haar. Daarna doen we nog even mee met de IJslandse traditie om te zwemmen. Elk zichzelf respecterend gehucht heeft hier een zwembad. We trekken baantjes in het buitenbad, dan weer opwarmen onder de douche. In Reykjavik leveren we de campeerspullen in. Prima dienstverlening, we kletsen nog wat en dan drinken we een laatste latte in de hoofdstad. Na tanken leveren we de auto in; bijna 2.000 km op de teller in een week tijd. Nu zitten we te hangen op het vliegveld; wat eten, beetje internetten en lezen. Allebei met een gloeiende kop van de kou en het buiten zijn. In het vliegtuig zullen we wel slapen. Wat een geweldig land; see you next time, Iceland!